Getuige zijn. In het begin van de coronacrisis was arts Gor Khatchikyan een bekend gezicht in de media. Toen hij twaalf was, vluchtte het gezin waarin hij opgroeide uit Armenië en kwam hij als asielzoeker in Nederland terecht. Hij volgde de studie geneeskunde in Amsterdam en is inmiddels Nederlands burger. In een tv-programma vertelde hij ook hoe het christelijk geloof hem motiveert in zijn zorg voor patiënten. In het RD stond een interview met deze arts, waarin hem gevraagd werd of er in zijn werk in het ziekenhuis ruimte is voor een gesprek over het geloof. In het volgende kleine fragment maakt hij verschil tussen ’proberen over het geloof te praten’ en ‘wie ik ben’. “Zelf houd ik van de God van de Bijbel, dus kan ik daar met passie over praten. Christenen maken te veel een issue van praten over geloof. Ik probeer niets te doen. Het is gewoon wie ik ben. Als iemand op zondag zijn been breekt en hij komt op de spoed, dan zeg ik: Je had waarschijnlijk liever in de kerk gezeten. Nou, dan zegt zo iemand misschien: ik ga niet meer naar de kerk. Waarop ik vraag wat er gebeurd is. Dat is niet proberen, maar interesse hebben in mensen. Praten over alles wat je bezighoudt. Dus ook over het geloof”. Van harte Gods zegen toegewenst, van huis tot huis,
De kerkenraad